Reflectiecirkel volgens Korthagen.
- Handelen/ervaring op doen.
Op mij WPL mocht ik met vier meiden op de gang gaan werken met rekenen. Eest moesten ze hun boeksommen en schriftopdrachten maken. Hadden ze deze af dan mochten ze op de chromebook rekenen oefenen, doormiddel van bijv. spelletjes.
Het werken op de gang ging net helemaal zo als ik het wilde. De meiden waren wat onrustig. Ze hadden geen zin om te rekenen en al helemaal niet de moeilijke rekensommen die ze moesten doen. Ze zaten heel de tijd op elkaar te letten en met elkaar te bemoeien. Er hoefde maar een stukje van het schrift van de ene over het boek van die ander te liggen of ze gaven al commentaar op elkaar. Zo ging dat een tijdje door. Uiteindelijk hadden ze al hun sommen af en mochten ze op de chromebook. Hier konden ze rekenen oefen met een spel, waarin ze dan tegen elkaar moesten rekenen en dan zou er een winnaar uitkomen. Ze werden nog onrustiger en drukker. Ik stond erbij en zei wel dat ze rustiger moesten doen en niet zo op elkaar moesten letten. Hier luisterde ze dan wel naar. Maar er hoefde maar één ding te gebeuren of ze hadden weer commentaar op elkaar. Uiteindelijk dacht ik bij mijzelf, laat maar als je ze maar zachtjes doen en rekenoefeningen doen.
- Bewustwording van essentiële aspecten. (Broekman, 2018)
Het probleem van deze situatie ligt, zowel bij de vier meiden als bij mijzelf. De meiden waren onrustig en zaten alleen maar op elkaar te letten en te fitten. Ik had strenger moeten zijn en niet moeten opgeven of me er bij neer moeten leggen. Ik ben dan de juf en dan horen ze naar mij te luisteren. Dus ik moet de volgende keer bij zo’n situatie wel anders handelen.
- Alternatieven ontwikkelen en daaruit kiezen.
De volgend keer als ik in zo’n situatie zit moet ik anders handelen. Ik zou vooraf gelijk duidelijk moeten zijn wat ik van hen verwacht. Dus rustig werken voor jezelf, niet op elkaar letten en geen commentaar op elkaar geven. Gebeurt dit wel dan moet ik daar wat van zeggen en als het te vaak gebeurt komen er consequenties. Ook als ze met de chromebooks bezig zijn. Mogen ze best een spelletje spelen en tegen elkaar spelen, als ze dit maar wel op een normale manier doen, zonder te veel onrust, overleg en bemoeienis.
Na deze situatie heb ik met andere kinderen ook nog op de gang moeten werken. Ik ben toen gelijk aan het begin heel duidelijk geweest wat ik van hen verwachte qua leshouding. Hierdoor merkte ik wel dat de leerlingen wisten wat ik van hen verwachte en dat creëerde voor hen ook duidelijkheid, waardoor ze lekker konden werken aan hun opdrachten. (Schop, 2011)
Maak jouw eigen website met JouwWeb